Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [24]Zij aten, zij dronken, [25]zij namen ten huwelijk, [26]zij werden ten huwelijk gegeven, tot den dag, op welken Noach in de ark ging, en de zondvloed kwam, en verdierf ze allen. 24. Dat is, zij zorgden nergens anders voor dan voor deze en dergelijke wereldse of lichamelijke dingen, zonder te letten op hetgeen voorzegd was. 25. Namelijk de mannen. 26. Namelijk de vrouwen of dochters.